woensdag 7 maart 2012

Nederlander dreigt vrijheid (van keuze van behandelaar) kwijt te raken

In het kader van het verdringen van de niet-reguliere gezondheidszorg ten gunste van de reguliere gezondheidszorg, heeft onze huidige minister van Volksgezondheid weer een nieuw plan bedacht. Waar, na jarenlange strijd, de Nederlander via de wet-BIG, eindelijk vrijheid van keuze van behandelaar kreeg (een keuze die eigenlijk bedoeld was als keuze tussen reguliere behandelaars maar impliciet ook de vrije keuze van een niet-reguliere behandelaar geregeld werd), wil deze minister die keuze weer gaan inperken (zeg maar rustig: afnemen).

Wat is de inhoud van dat plan
Volgens het bedoelde plan, moet elke behandelaar vanaf 2014 een bachelor diploma bezitten. Op zich een loffelijk streven waar ik helemaal achter sta. Ik heb echter direct een groot aantal kanttekeningen die maken dat ik wel achter het idee sta maar volkomen tegen de uitvoering, zoals die nu wordt voorgestaan, ben.

Overigens voor hen die daarmee niet op de hoogte zijn:
Een bachelor diploma (bachelor degree) is het diploma dat een afgestudeerde ontvangt na het doorlopen van een door de minister erkende 4-jarige dagopleiding (of 5-jarige deeltijd opleiding) aan een initiële HBO instelling. Een initiële HBO instelling is een, door de minister erkende en bekostigde HBO instelling. Ook een aantal niet-bekostigde instellingen die HBO-onderwijs aanbieden, hebben het recht gekregen om een bachelor diploma af te geven, de zogenaamde ‘aangewezen opleider’. Aangewezen opleiders zijn doorgaans particuliere delen van initiële HBO opleiders, zeg maar: de kweekvijver voor nieuwe opleidingen. Daarnaast kan een bachelor diploma worden behaald via het doorlopen van de eerste drie studiejaren van een door de minister erkende en bekostigde universiteit in alweer een door de minister erkende studierichting.


En zo gaat het dus meteen helemaal fout. Behandelaars in het reguliere domein beschikken allemaal al minimaal over een bachelor diploma en voor die groep is de nieuwe voorgenomen wetgeving dus absolute nonsens. Nee, deze voorgenomen wet is alleen gericht op het zogenaamd ‘regelen van niet-reguliere gezondheidszorg beroepen’ (lees: therapeuten in het niet-reguliere domein).
Jawel: ook elke niet-reguliere behandelaar zal na invoering van deze wet vanaf 2014 over een bachelor diploma moeten beschikken. En DAT kan dus helemaal niet.

Zoals eerder aangegeven, kan een bachelor alleen behaald worden in een (#1) door de minister erkende studierichting, (#2) via een door de minster erkende en bekostigde HBO instelling of universiteit of (#3) via een zogenaamde aangewezen opleider (onder voorbehoud van #1).

Het mag alom bekend zijn, dat het laatste dat de minster (evenals de voorgangers) wil en ook absoluut niet van plan is om het niet-reguliere domein gezondheidszorg te erkennen en DUS zullen ook de studierichtingen voor een beroepsbeoefenaar in dat niet-reguliere domein niet worden erkend. De minister heeft zelfs letterlijk in de tekst opgenomen dat deze wetwijziging op geen enkele wijze erkenning van therapeuten in de alternatieve sector (behandelaars in het niet-reguliere domein) zal inhouden. Ergo is het niet mogelijk, een bachelor diploma te behalen in een van de beroepsrichtingen binnen het niet-reguliere domein omdat die als studierichting niet erkend zijn en niet erkend zullen worden. Met andere woorden: #1 is dus (nog steeds) een utopie.

Voor wie dat niet helder heeft: De minister maakt, evenals vele anderen die vooral uit de reguliere gezondheidszorg afkomstig zijn, nog steeds dezelfde domme fout. Het niet-reguliere domein wordt nog altijd volkomen foutief omschreven als de ‘alternatieve’ sector. Een heel klein beetje veel dom, aangezien ‘alternatief’ zou betekenen dat het de reguliere zorg kan vervangen! Niets is minder waar. Reguliere en niet-regulier zijn beide delen van de gezondheidszorg die elkaar hooguit ‘aanvullen’ (additief zijn) of samen het geheel van de gezondheidszorg maken (complementair zijn). Elk heeft overduidelijk (alhoewel door de minister en door de reguliere zorg niet erkend) een eigen domein: De reguliere gezondheidszorg is het best op haar plaats en het best in acute zorg terwijl de complementaire gezondheidszorg het best op haar plaats en het best is in chronische gezondheidsproblematiek. Zo vullen ze elkaar prima aan en kunnen ze elkaar het best ondersteunen. Reguliere zorg heet zo, omdat ze vanwege de overheid (en de zorgverzekeringen, Big Farma) zijn erkend en worden bekostigd. De niet reguliere gezondheidszorg zou aangeduid moeten worden als Additieve of complementaire gezondheidszorg.

Vervolgens zien we, kijkend naar de reguliere erkende en bekostigde initiële HBO instellingen, universiteiten en de aangewezen opleiders, dat daar GEEN ENKELE opleiding (leidend tot een bachelor diploma) beschikbaar is. Logisch, aangezien de minster deze niet als studierichting wil, noch zal, erkennen. Ergo is het niet mogelijk via #2 of #3 tot en bachelor diploma te komen in een van de beroepsrichtingen binnen het niet-reguliere domein omdat die als studierichting niet erkend zijn en niet erkend zullen worden. Met andere woorden: #2 en #3 zijn dus (nog steeds) een utopie.
NB: naar het aanbod bij niet-erkende en niet-bekostigde opleiders (die ook al geen aangewezen opleider zijn) kijken we hier niet (ook al schermen ze met termen als ‘hbo-opleiding’ of soms correcter ‘opleiding op hbo-niveau’ en een enkeling zelfs met ‘bachelor opleiding’). Geen van allen verzorgt een erkende opleiding op erkend hbo-niveau en leidend tot een erkende bachelor.

Wat wil de minister dan
Wat de minister wil, is heel simpel af te leiden uit de uitspraken en de wijze van verzet tegen niet-reguliere behandelwijzen. De minister wil heel eenvoudig de niet-reguliere behandelwijzen (weer) illegaal maken door een niet-bereikbaar bachelor diploma te eisen en daarmee alle macht qua gezondheidszorg weer bij de reguliere gezondheidszorg neerleggen.
In hoeverre Big Farma daarin invloed heeft (of heeft gehad) is niet zichtbaar (zoals altijd als het Big Farma betreft). Dat de Vereniging tegen de Kwakzalverij haar stem heeft doen gelden (hoogstwaarschijnlijk is ook deze minister, evenals haar voorgangers, lid van dat bekrompen groepje zwartkijkers) is wel zeker en dat invoering van deze wetgeving hen tevreden in de handen zal doen wrijven is een gegeven.

Blijft de vraag wat het gevolg zal zijn van een dergelijke wet
Zoals altijd, blinken ministers (en hun ondergeschikten) er niet in uit de strekking van hun acties en de gevolgen van hun daden zorgvuldig te overwegen, in te zien en/of te voorzien. We zullen ze dus een handje helpen.

In tegenstelling tot het beoogde doel (vernietiging van de niet-reguliere gezondheidszorg) zal er enerzijds een nieuw ‘zwart circuit’ ontstaan waarbinnen de huidige therapeuten uit het niet-reguliere domein werkzaam blijven. In tegenstelling tot wat de minister beoogt, zal de niet-reguliere gezondheidszorg dus gewoon blijven bestaan maar zich (nog) verder onttrekken aan het gezichtsveld van de overheid en andere regelgeving. Gebruikers van deze zorg zullen dat dan helemaal niet meer melden bij hun reguliere behandelaar en op escalatie van de problemen hoeft alleen gewacht te worden.

Er is echter, anderzijds, een nog veel groter gevolg. Elke afgestudeerde aan een reguliere gezondheidszorgopleiding met een bachelor diploma op zak, mag zich dan opeens ook profileren als behandelaar uit het niet-reguliere domein. Zonder ook maar enige studie te hebben gedaan op het betreffende beroepsgebied, kan elke verpleegkundige, fysiotherapeut, cesartherapeut, huidtherapeut en ga zo maar door, opeens een bordje naast de deur spijkeren en daarmee homeopaat, natuurgeneeskundige, acupuncturist of wat dan ook worden.

Hoe dat kan? Heel simpel: de nieuwe wetgeving regelt wel dat elke behandelaar moet beschikken over een bachelor diploma maar regelt NIET de beroepskennis van die behandelaar, dat is alleen geregeld voor reguliere gezondheidszorg beroepen!
Waar we nu dus (ook als zijn het geen erkende diploma’s, geen bachelor diploma’s, geen erkende studierichtingen) homeopaten, natuurgeneeskundigen, acupuncturisten en nog een aantal beroepen in het complementaire domein, hebben die tenminste een 5 jarige deeltijdopleiding hebben gevolgd, wordt dan de deur open gezet voor kwakzalvers vanuit het eigen reguliere domein.
Nu al kennen we de dwaze (en als contradicti in terminus) tegenstrijdige combinaties als arts-homeopaat, arts-acupuncturist en arts-natuurgeneeskundige (artsen die een bijscholingscursus van hooguit een jaar hebben gevolgd en menen daarmee dezelfde kennis te hebben opgedaan als gedurende een 5 jarige deeltijd opleiding). Dan is zelfs dat niet meer nodig: het beschikken over een bachelor of hogere degree staat automatisch toe dat de niet geregelde gezondheidszorg beoefend mag worden.


Terwijl het zo eenvoudig kan zijn
Het enige dat de minster hoeft te doen, is uit het ivoren gezondheidszorg-torentje te komen en de studierichtingen in het niet-reguliere domein te erkennen. Immers geld wat onverkort voor elke erkende studierichting geld: geen studenten: dan verdwijnt de studie vanzelf, geen cliënten (bij de beroepsuitoefening): dan wordt de studie niet meer gekozen.

Wat mij betreft hoeven in eerste instantie deze studierichtingen niet eens bekostigd te worden: plaats ze voorlopig bij aangewezen opleiders, waardoor de studenten hun studie (zoals nu ook het geval is) zelf moeten betalen. Pas na verloop van tijd, als blijkt dat de studierichting goed loopt, groeit, succesvol is, kan overwogen worden deze toe te voegen aan het initiële bekostigde onderwijs.
Voordeel daarvan (plaatsing bij aangewezen opleiders) is, dat deze (nieuwe) studierichtingen dan gewoon (zoals ook bij initiële opleiders en universiteiten) hun NVAO-accreditatie moeten behalen en daarmee een behoorlijke garantie bestaat voor inhoud, onderbouwing en zin van die studierichting. Tevens wordt impliciet de kwaliteit van de beroepsbeoefenaars verbetert en gegarandeerd, ook een geweldige stap in de goede richting. En als toetje, ontstaat onderzoek in de betreffende beroeps-/studierichting hetgeen alleen maar tot verbetering en groei kan leiden.

Aardig is natuurlijk, dat in principe deze beroepsbeoefenaren ook via de zorgverzekering dienen te worden vergoed. Van mij hoeft het niet hoor: er ontstaat dan alleen een nieuwe groep cliënten die evenals de patiënten in de reguliere zorg, zelf niets doet en verwacht dat ‘de dokter’ het probleem zal oplossen.

Mocht de minister wakker worden
Mocht het zo zijn, dat de minister en ondergeschikte ambtenaren opeens, in een vlaag van helderheid en inzicht, inzien dat ze niet zo slim bezig zijn en willen ze gaan zoeken naar een betere oplossing, dan ben ik graag bereid mee te denken.
Een opleiding (vorm gegeven volgens de regelgeving voor het initiële bekostigde HBO onderwijs) hebben wij (ondergetekende en partners) al compleet klaar liggen: “Basisopleiding Integraal Therapeut”. Een 4 jarige dagopleiding, basisopleiding, die overeenkomstig de opleiding tot basisarts, het voortraject vormt tot het volgen van post-hbo en master opleidingen in de homeopathe, natuurgeneeskunde, acupunctuur, enzovoort. Een echte beroepsopleiding voor beroepsbeoefenaars in het complementaire domein.
Als de minister, of ondergeschikten, daarover willen praten, zijn ze vast wel in staat om mij te vinden :-)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten